We lazen Lukas 5 : 1-11, het verhaal over de wonderbare visvangst.
Dit verhaal, dat zich afspeelt rond en op het meer van Galilea, begint met een grote tegenstelling:
- Jezus, die een enorme mensenmenigte aantrekt
- de vissers met hun lege netten, die niets gevangen hebben
Daarmee laat dit verhaal zien dat het over meer gaat dan over visvangst op zichzelf.
Dit evangelie, dat gelezen werd in de vroege kerk, beschrijft niet alleen de toendertijd, maar ook tegenwoordig merkbare ervaring, dat ”de netten leeg kunnen zijn”.
Een kerk die eerder krimpt dan groeit.
Tegen die achtergrond wil dit verhaal richting geven en bemoedigen om te volharden.
Petrus krijgt namelijk de opdracht om nogmaals te gaan vissen.
Maar voordat dat gebeurt, heeft Jezus éérst iets anders gevraagd.
Er staat namelijk dat Hij twee boten zag liggen.
Een van die boten wil Hij gebruiken, om zo vanaf het water (waar de stem versterkt klinkt) de mensen des te beter te kunnen bereiken.
Daar zit een lijn naar ons in: mag Jezus ook iets van ons (een bootje is niet veel) gebruiken?
Ook door ons heen kan Hij blijkbaar versterkt overkomen op de ander!
Pas daarna, als Jezus in dat ene bootje de mensen toespreekt,
lezen we dat Petrus in het andere bootje gaat vissen,
en… boven verwachting vangt!
Volgens mij wil Lukas ons iets laten zien:
het gaat erom dat Jezus in het ene bootje mag (dat we iets van onze tijd, talenten etc. aan Hem afstaan)
en dat wij ondertussen ook aan het werk gaan.
Dán komt er zegen!
Volgens mij is er een geheimzinnige relatie tussen die bootjes:
Petrus vangt vis in het éne bootje,
omdat Hij Jezus in zijn ándere bootje gelaten heeft.
En daar werkt Hij ondertussen: Hij spreekt Gods Woord tot de mensen
Hij trekt ze aan!
Omdat Hij beet heeft, komen Petrus’ netten vol.
Net zo mogen wij ”vissers van mensen” zijn.
En als we ons afvragen hoe dat moet,
wat wíj aan Jezus in gebruik kunnen geven,
dan staat er iets heel bemoedigends:
Jezus zag de twee bootjes liggen! (vers 2)
Hij zag wat Hij kon gebruiken van Petrus, en gaf Hem zo de verdere opdrachten.
Ook wij mogen weten dat Jezus van óns ziet wat Hij kan gebruiken.
Bid Hem dat ook in (jo)uw leven duidelijk wordt wat ”het bootje” is dat Jezus kan gebruiken,
opdat ook jouw leven versterkend kan werken om de Goede Boodschap voor het voetlicht te laten komen in andermans leven.
Hij zal daar vast en zeker de weg in wijzen!
En ondertussen gewoon volharden,
ook bij teleurstellende ervaringen.
In gehoorzaamheid en in vertrouwen,
dat ook door onze arbeid heen de sleepnetten van het Koninkrijk eens vol zullen zijn.