Israëlzondag 2 oktober 2016 (avonddienst) | Psalm 1:3 Psalm 104: 13,16,17 en Openbaring 22: 1,2

templemenorahWe staan zondagavond in de leerdienst op Israëlzondag stil bij 3 Bijbelgedeelten, die sterk met elkaar te maken hebben.

Eerst volgen de teksten:

Psalm 1:3

Want hij zal zijn als een boom,
geplant aan waterbeken,
die zijn vrucht geeft op zijn tijd,
waarvan het blad niet afvalt;
al wat hij doet, zal goed gelukken.

Psalm 104: 13,16,17

Hij bevochtigt de bergen vanuit zijn hemelzalen,
de aarde wordt vezadigd door de vrucht van uw werken.
(…)
De bomen van de HEER worden verzadigd,
de ceders van de Libanon, die Hij geplant heeft.
Daar nestelen de vogeltjes,
de cipressen zijn het huis voor de ooievaar.

Openbaring 22:1,2

En Hij liet mij een zuivere rivier zien,
van het water des levens,
helder als kristal,
die uit de troon van God en van het Lam kwam.
In het midden van haar straat
en aan de ene en andere zijde van de rivier
bevond zich de boom des levens,
die twaalf vruchten voortbrengt
– van maand tot maand geeft hij zijn vrucht.
En de bladeren van de boom zijn tot genezing van de heidenvolken.

(Herziene Statenvertaling)

Enkele gedachten bij deze teksten

Laatst stonden we ook al stil bij Psalm 1 (zie het gedeelte bij zondag 4 september).
We zagen toen dat de boom (die staat voor de mens die leeft uit Gods Woord)
altijd zijn blad behoudt.
Bemoedigend, zagen we: de rechtvaardige en de geloofsgemeenschap die dat tracht te zijn
heeft blijkbaar altijd beschermende bladschaduw, waar een ander baat bij heeft.

In Openbaring 22 lijkt volgens mij teruggegrepen te worden op Psalm 1.
Ook hier gaat het over een boom, die, evenals de boom uit Psalm 1,
vrucht draagt op zijn tijd.
Hier maar liefst 12maal per jaar.
12: verwijzend naar de 12 stammen van Israël.
Blijkbaar staat deze boom voor Israël.
Vruchtdragend en heilzaam voor heel de wereld.
Zijn bladeren zijn (net als de bladeren uit Psalm 1) heilzaam voor de volkeren:
ze brengen zelfs genezing.

Het mooie is dat die boom er stáát, zegt Johannes, die dit visioen kreeg.
”Hij liet mij die boom zien”.

Net als de boom uit Psalm 1 staat deze boom aan waterstromen.
Een rivier met kristalhelder water.
En een heel bijzondere bron: Gods troon en de troon van het Lam.

Israël haalt als eerste zijn voeding rechtstreeks bij haar God vandaan.
En ook Jezus voedt zijn volk volop. De troon van het Lam.
Uit Psalm 1 weten we dat het water staat voor de Tora, het Woord.
Daar mag Israël als eerste uit drinken.
En de vruchten daarvan, en de bladeren, daar mogen wij als volkeren baat bij hebben

Paulus gebruikt trouwens een vergelijkbaar ‘bomenbeeld’ in de Romeinenbrief:
dat van de edele olijf (Israël), waarop wij geënt zijn.

De ooievaar
Wij (volkeren) worden in de beelden in Psalm 104  vergeleken met de vogels.
Zij mogen wonen in de boom.
Heel in het bijzonder met de ooievaar.
Deze vogel heeft haar huis in de cipres.
De cipres was (en is) een prachtige boom.
Om twee redenen is het opmerkelijk dat gezegd wordt dat de ooievaar daar haar nest had.
In de eerste plaats is de ooievaar in Israel geen blijver, maar een trekker.
In de tweede plaats moet je bedenken dat de cipres ook een beeld is van de tempel.
Die was o.a. uit cipressen gebouwd, evenals uit ceders (die ook genoemd worden in Psalm 104).
Ook Psalm 84 zingt ervan dat de vogels een nest in de tempel mochten hebben.
Maar… de ooievaar: een onrein dier!
Een onreine doortrekker, en toch een plek te mogen hebben in de cipres, Gods huis.

De reden?
Mogelijk zit die in de naam van de ooievaar: ”chassidi”.
Dat lijkt sterk op ”chassied”, ofwel: vrome, goede, vriendelijke.
En inderdaad staat de ooievaar erom bekend haar jongen zeer liefdevol op te voeden, vandaar haar naam.

De rechtvaardigen onder de volkeren (zij die net als de ooievaar zorgen voor het kwetsbare) mogen zich ook thuis weten bij God.
Openbaringen (en ook iemand als Jesaja) geeft aan dat zij in- en uit mogen trekken in Gods stad en zijn huis.
Ze mogen kind aan huis zijn bij Israëls God en zijn volk.

Zing het prachtige vers Psalm 92:7:

Zoals de cederbomen  
hoog op de Libanon
staan bij de levensbron
de nederige vromen.
Die in Gods huis geplant zijn
zij bloeien in Gods licht
als palmen opgericht.
Hun lot zal in zijn hand zijn.

 

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s