Zondag 27 september 2015 2 Koningen 2: 1-15

templemenorahZondag gaat het over de hemelvaart van Elia.
Maar eigenlijk is het nog belangrijker om te kijken wat daaraan voorafging: de wens van Elisa, die Elia’s opvolger zou worden.

Elisa voelde namelijk aan dat er iets ging gebeuren. Want tot driemaal toe gaf Elia aan dat hij naar een bijzondere plaats wilde, alléén, zonder Elisa.
Eerst vroeg hij: ”Laat me in mijn eentje naar Bethel gaan”.
Vervolgens: ”naar Jericho”.
En als laatste: ”naar de Jordaan”.

Alledrie betreft het plaatsen, waar voor de goede verstaander iets bijzonders mee is:
Bethel – dat is de plaats waar Jakob droomde over de open hemel met de ladder.
Jericho – dat was de poort naar het Beloofde Land.
De Jordaan – daardoor trokken de Israelieten naar het Beloofde Land.

Kortom, Elia geeft driemaal aan tegen Elisa dat hij in z’n eentje naar zo’n poort naar het Beloofde Land/de hemel wil.
Elisa voelt dat haarfijn aan (bovendien wordt hij door andere profeten gewaarschuwd die blijkbaar op de hoogte zijn, dat dit de dag is dat Elia ten hemel opgenomen zal worden, v.3).

Tot driemaal toe bezweert Elisa Elia dat hij hem nooit wil verlaten.

Herkenbaar: ook wij klampen ons graag vast aan mensen die op geloofsgebied een baken en rots in de branding zijn. Je moet er niet aan denken dat die ooit weg zullen vallen.

Toch gaat dat gebeuren. Elia zal worden weggenomen.
Elisa, die dat gaandeweg inziet, vraagt daarom iets heel bijzonders aan Elia:
of hij een dubbel deel van de Geest die Elia was, mag ontvangen. (v.9).

Om dit te begrijpen moet je weten dat destijds de oudste, wanneer de erfenis verdeeld werd, het eerstgeboorterecht kon uitoefenen: hij ontving dan een dubbel deel ten opzichte van de anderen.
Je had dan dubbele rechten, maar die waren ook hard nodig, want je had ook dubbele plichten: vanaf dat moment was jij de nieuwe leider van de stam/clan, en had daar extra middelen en gezag voor nodig.

Net zo vraagt Elisa om een dubbel deel van de Geest, zodat duidelijk is naar anderen dat hij Elia’s opvolger is (zoals door God was aangegeven), en Hij de kracht van Godswege zal hebben profeet onder het volk te zijn.

Bij dit punt wil ik even blijven haken.
Dat verlangen van Elisa vind ik namelijk wel mooi.
Ook wij willen van alles in het leven, ook als we zelf langzaam maar zeker doorgroeien en opschuiven in de generaties, die wegvallen of weggevallen zijn.
Maar zien wij, net als Elisa, ook de waardevolle dingen bij die anderen (en dan natuurlijk geen letterlijke erfenis), maar een soort geestelijke schat, waar je jaloers op kunt zijn, en die je graag ook in je eigen leven een plek zou willen geven?
Dingen waarbij je aanvoelt: daarin wordt die ander door Gods Geest geleid – en dat zou ík ook graag willen?! (zonder natuurlijk een kopie van de ander te worden)

Ik vind het een prachtig gebed van Elisa: ”geef mij een dubbel deel van de Geest die op u rust”.
Natuurlijk hoeft niet iedereen een eerstgeboorterecht, bidden om een enkel deel is ook prima.

Denk er eens over, wie voor (jo)u mensen zijn of waren die merkbaar iets van Gods Geest hadden waar je eigenlijk jaloers op ben. En bid God of Hij ook (jo)u hiervan iets wil geven.

Krijg je het dan zomaar?
Elia zegt enerzijds tegen Elisa: ”Je hebt iets moeilijks gevraagd” (10)
Hij zegt anderzijds: je zult de Geest dubbel krijgen als je mij ziet, als ik ten hemel vaar.
Men andere woorden: de hemelvaart van Elia fungeert hier voor Elisa als een testcase:
of hij ook een geestelijke antenne uit heeft staan voor Gods wereld,
als hij die straks ziet, dan is hij er klaar voor.

Net zo geldt het denk ik voor ons.
Zijn wij fijngevoelig voor dat wat van God komt?
Niet denk ik in de zin van dat we volmaakt moeten zijn.
Alsof de Geest enkel aan acrobaten op geestelijk gebied geschonken wordt. Juist niet!
De Geest is immers de kracht die ons mensen leidt waar we met lége handen staan.
Waar wijzelf niet uit eigen kracht kunnen of de weg vinden.
Dat was juist Elisa’s diepe besef.
We hoeven dus zeker geen alleskunners te zijn op geloofsgebied.

Maar waar het hier wel om gaat is: ben je innerlijk gespitst om iets van God te ontdekken in je eigen leven of dat van een ander?
Ben je sérieus op zoek naar Hem?
Dat is de voorwaarde, en tegelijk ook de voldoende voorwaarde.

En denk aan het woord van Jezus: dat zijn Vader de heilige Geest graag geeft aan hen die daarom bidden (Lukas 11:13).

Ook hier weer: mensen die ernaar zoeken, het in hun leven een plek willen geven.
Zozeer zelfs dat ze de moeite nemen om hierover in gebed te gaan.

Een bemoedigend verhaal dus met een oproep: stem je af op God.
Vraag zijn Geest.
Hij wil Zich laten vinden!

De tekst van 2 Koningen 2:1-15

1

Het geschiedt,
wanneer de Ene Elia in een storm
ten hemel laat opklimmen:
Elia gaat met Elisja weg uit de Gilgal.

2

Elia zegt tot Elisja: blijf toch hier zitten,
want de Ene heeft mij naar Bet El gezonden!-
maar Elisja zegt:
bij het leven van de Ene
en het leven van je ziel,-
als ik jou ooit verlaat!

Als ze afdalen naar Bet El

3

komen de profetenzonen van Bet El
de stad uit
naar Elisja toe

en zeggen ze tot hem:
wéét jij
dat heden
de Ene je heer gaat wegnemen
van boven je hoofd?

Hij zegt: ook ík weet het, stil maar!

4

Dan zegt Elia tot hem:
Elisja, blijf toch hier zitten,

want de Ene zendt mij naar Jericho!
Maar hij zegt:
bij het leven van de Ene
en het leven van je ziel:
als ik jou ooit verlaat!-

zo komen ze aan in Jericho.

5

De profetenzonen in Jericho treden nader
tot Elisja

en zeggen tot hem:
wéét jij
dat heden
de Ene je heer gaat wegnemen
van boven je hoofd?

Hij zegt: ook ík weet het, stil maar!

6

Elia zegt tot hem: blijf toch hier zitten,
want de Ene heeft mij gezonden
naar de Jordaan!

Maar hij zegt:
bij het leven van de Ene
en het leven van je ziel,-
als ik jou ooit verlaat!

Zo gaan zij tweeën verder.

7

Vijftig man uit de profetenzonen
zijn ook gegaan

en blijven tegenover hen van verre staan;
zij tweeën zijn blijven staan bij de Jordaan.

8

Elia neemt zijn mantel, rolt hem op en
slaat ermee op de wateren;

en die splijten herwaarts en derwaarts;
zij tweeën steken over door het droge.

9

En het geschiedt als zij oversteken
en Elia tot Elisja heeft gezegd:
vraag wat ik voor je moet doen,

voordat ik van je word weggenomen!-
dat Elisja zegt:
moge toch dit geschieden:
twee monden van je geestesadem over mij!

10

Hij zegt: je hebt iets moeilijks gevraagd;
als je mij zult zien wanneer ik van je
word weggenomen,
zal het je alzo geschieden,

en zo niet, dan zal het niet geschieden!

11

En het geschiedt:
terwijl zij voortgaan, gaande en sprekend,
ziedaar een wagen van vuur
en paarden van vuur,

en die maken scheiding tussen hen tweeën;
in de storm klimt Elia op
ten hemel.

12

Elisja ziet het
en schreeuwt: vader, vader van mij,
wagens van Israël en ruiters van hem!
Toen heeft hij hem niet meer gezien.
Hij grijpt zijn gewaden vast
en verscheurt ze tot twee scheurlappen.

13

Hij heft de mantel van Elia op
die van hem afgevallen is;
hij keert terug en blijft staan
op de lip van de Jordaan.

14

Hij neemt de mantel van Elia
die van hem afgevallen is,
slaat daarmee op het water

en zegt:
wáár is
de Ene, de God van Elia?
Dan slaat hij op de wateren;
die verdelen zich herwaarts en derwaarts
zodat Elisja kan oversteken.

15

Als de profetenzonen uit Jericho
hem vanaf de overkant zo zien

zeggen ze:
de geestesadem van Elia
is gaan rusten op Elisja!

Zij komen hem tegemoet
en werpen zich voor hem ter aarde.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s