In de Epifanietijd starten we met een lezingenserie, waarbij een groot deel van de brief van Paulus aan de Kolossenzen aan de orde komt. Zondag lezen we vers 1-8 uit het eerste hoofdstuk.
Hier komt eerst de tekst, met daarna wat achtergrondinformatie en enkele gedachten erbij.
Kolossenzen 1:1-8
1
Paulus, door de wil van God
apostel van Christus Jezus,
en Timoteüs, de broeder,
2
aan de heilige en gelovige
broeders-en-zusters in Christus
te Kolosse:
genade voor u en vrede,
van God, onze Vader!
3
Wij brengen dank aan God,
de Vader van onze Heer, Jezus Christus,
altijd wanneer wij voor u bidden,
4
nu wij hebben gehoord van
uw geloof in Christus Jezus
en de liefde die ge hebt
voor alle heiligen,
5
vanwege de hoop die voor u
is weggelegd in de hemelen
en waarvan ge eerder hebt gehoord
in het woord van de waarheid
van de evangelieverkondiging
6
toen die tot u kwam,
zoals die ook in heel de wereld
vruchtdragend is en groeiend
zoals ook in u
vanaf de dag dat ge hebt gehoord
en in waarheid hebt leren kennen
de genade van God,-
7
zoals ge hebt geleerd
van Epafras,
onze geliefde mede-dienstknecht,
die voor u
een trouw diaken van de Gezalfde is
8
en ons ook uw liefde in geestkracht
heeft duidelijk gemaakt.
Enkele gedachten
Kolosse
De brief is gericht aan de gemeente in Kolosse.
Kolosse lag in West-Turkije, was een bloeiende stad, en lag in een prachtig dal aan de Lycus-rivier.
Daar liep tevens een handelsroute langs.
Kolosse was bekend om z’n wol- en linnenindustrie, en een speciale kleur stof die er gemaakt werd: een purperachtige kleur, zo uniek dat het ‘kolossisch’ genoemd werd (net zoals wij ‘Delfts’ blauw kennen).
In de tijd dat Paulus zijn brief schreef was de glorietijd voorbij, en was de stad in verval geraakt.
Kort na het schrijven van deze brief is er een grote aardbeving geweest, die zo’n beetje de hele stad verwoest heeft.
Nu zijn er enkel nog een paar ruïnes te bezichtigen.
Wanneer?
Ik volg het vermoeden dat Paulus deze brief geschreven heeft rond het jaar 60. We lezen immers dat Paulus deze brief in gevangenschap schreef.
De eerste inhoud
De brief begint met een vermelding van de schrijver: ‘Paulus, door de wil van God apostel van Christus Jezus’.
En: ‘Timoteus, de broeder‘.
Dan klinkt aan wie de brief is gericht: ”aan de heilige en gelovige broeders en zusters in Christus te Kolosse”.
Het bijzondere van deze brief is, dat Paulus nog niet eerder te maken heeft gehad met Kolosse. Hij heeft de gemeente niet gesticht (in tegenstelling tot de verderop genoemde Epafras, die er veel werk heeft verzet).
Tegelijk is zijn volgende woord zo sprekend geworden, dat wij er in onze tijd nog steeds onze diensten mee beginnen. Ik bedoel de groet die Paulus hier gebruikt:
‘Genade zij u
en vrede
van God
onze Vader‘
Bij de kerkenraadsvergadering hebben we deze weer eens heel nadrukkelijk ‘geproefd’, en we vroegen ons af wat ze óns zeggen.
Enkele reakties bij het woordje ‘genade’: ‘een gevoel van welkom te zijn’; ‘vergeving’; ‘je aanvaard weten’; ‘er mogen zijn zoals je bent’; ‘saamhorigheid’ (in alle verscheidenheid delen we ten diepste als broeders en zusters in Gods genade, daarin zijn we één).
En bij het woordje vrede: ‘rust’; ‘heelheid’; ‘even niet moeten’; ‘verwachting voor de toekomst’.
Prachtig hoe veelzeggend die oude woorden blijkbaar nog steeds op ons overkomen!
Na de groet gaan we nu van start met de eerste inhoud van wat Paulus wil zeggen.
Maar… nog even terug naar de aanhef: ‘Paulus, door de wil van God apostel van Christus Jezus.’ Daar zit veel in. Volmacht. Paulus presenteert zich nadrukkelijk als ‘niet de eerste de beste’.
Mogelijk wilde hij met dit gezag beginnen, omdat hij niet bekend was in de gemeente.
In andere brieven presenteert hij zich overigens veel bescheidener.
Denk bijv. aan de Filippenzenbrief: ‘Paulus, een dienstknecht van Jezus Christus.’
Letterlijk staat er: slaaf. Paulus die zichzelf als een sloofje bekendmaakt.
Maar hier, voor Kolosse: door de wil van God een apostel.
Apostel=gezondene. Paulus: door God gezonden.
Dat doet de oren spitsen. Paulus heeft een boodschap namens God Zelf!
Daarom goed luisteren vanaf het allereerste begin.
Hoe begint die boodschap van God?
Het mooie is: met dankbaarheid!
Paulus begint niet met wat hij ‘mist’ in de gemeente, of wat er anders of beter zou kunnen of moeten.
Nee, hij dankt voor wat er wél goed gaat. Altijd een mooie levenskunst, ook voor ons.
Bewust oog hebben voor het goede dat er is.
Er van genieten.
Dat inspireert, geeft energie.
Waar dankt Paulus voor?
– het geloof van de mensen in Jezus Christus
– de liefde die de mensen hebben voor alle heiligen (dus niet voor een paar gemeenteleden, die jou toevallig liggen, maar voor allemaal)
– het besef dat ze hoop hebben, die voor hen is weggelegd (bewaard) in de hemelen
– de evangelieverkondiging die vrucht draagt en groeit in héél de wereld
(voor ons ook kostbaar om te beseffen: want inderdaad, wereldwijd groeit het geloof in Jezus netto als kool. Ook al sluiten er kerken in Europa, elders ter wereld worden er veel meer geopend. Het zicht op de wereldwijde kerk mag je dankbaar in beeld hebben. Dat kan je ook plaatselijk helpen geïnspireerd te blijven.)
– maar ook bij de mensen in Kolosse draagt het vrucht.
– opnieuw het feit dat de mensen de genáde van God hebben leren kennen.
Wie God kent als een genádig God, kent God (genade dus in de zin van aanvaarding/vergeving, maar ook, we noemden het nog niet: vreugdevol. Want het Hebreeuwse woord genade komt van ‘chèn’, waar ons woord gein van is afgeleid. Genade heeft te maken met vreugde. Waar aanvaarding, vergeving is, is ontspanning, vreugde. Denk ook aan Gods vriendelijk aangezicht, Gods lichtend aangezicht, Gods genadig aangezicht – allemaal woorden die hetzelfde aanduiden).
Zó mogen ook wij God zien en kennen!
Vetgedrukt heb ik hierboven de woordjes waar Paulus voor dankt: geloof, hoop en liefde in de gemeente.
Vraag jezelf ook eens af, kijkend naar je eigen gemeente of leven: waar zie ik die drie terug?
En kijk daarbij ook eens naar God, die ook (jo)uw genadige God is – in Jezus Christus!
En dan heb ik het nog niet over de kracht van de heilige Geest gehad, die de motor achter dit alles is, waar Paulus zijn dankbaarheid mee besluit.
Samengevat: wij mogen dankbaar zijn voor Gods genade in Jezus. Zijn Geest zorgt ervoor dat er ook bij ons geloof, hoop en liefde groeit, evenals op veel plaatsen op aarde!